De handeling speelt zich af ten huize Devroe in de zestiger jaren.
Vader en moeder Devroe en hun kinderen Julien, Lucien en Felicien zitten te lezen in het salon. Het had gezellig kunnen worden, maar moeder moest het zonodig weer eens verbrodden.
Moeder wil kost wat kost haar zonen aan een meisje helpen en zet daarvoor zelfs de grote middelen, een advertentie in de krant, in. Haar jongens hebben echter maar oog voor hun studieboeken en de meisjes laten hen koud.
Victor, de heer des huizes, is er gerust in en is meer bezorgd om zijn tuin dan iets anders. Moeder die een beetje meer aandacht wil van haar man heeft tevens een advertentie geplaatst voor een tuinhulp.
Haar hele plannetje valt echter in duigen als blijkt dat er maar één sollicitante afkomt op de advertentie. Als er dan ook nog een dochter van een vriendin komt opdagen waarvan haar moeder zegt dat ze onhandelbaar is en er een geheimzinnige zwerver Ireentje, de meid, de stuipen op het lijf jaagt, is het hek helemaal van de dam.
Neem daarbij nog dat de tuinhulp een meisje blijkt te zijn die er eigenaardige ideeën op na houdt, dan weet moeder helemaal niet meer wat te doen.